De ziekte van Hashimoto
De ziekte van Hashimoto is een auto-immuunziekte.
Bij een auto-immuunziekte gaat er iets mis met het afweersysteem. Lichaamseigen cellen worden als gevaarlijk bestempeld en worden tijdens een ontstekingsreactie opgeruimd. In het geval van de ziekte van Hashimoto heeft het immuunsysteem de pijlen gericht op onderdelen van de schildklier, die betrokken zijn bij de aanmaak van schildklierhormoon.
Door de chronische ontsteking raakt schildklierweefsel beschadigd en kan de schildklier op termijn niet langer voldoende schildklierhormoon produceren, waardoor een trage schildklier ontstaat, ofwel een hypothyreoïdie. Schildkliermedicatie vult in dit geval de tekorten aan.
De ziekte van Hashimoto is de meest voorkomende auto-immuunziekte ter wereld en in 90% van de gevallen de veroorzaker van een trage schildklier. De ziekte van Hashimoto dankt zijn naam aan zijn ontdekker Dr. Hakaru Hashimoto.

de motor van het menselijk lichaam
Functie en werking van de schildklier
De schildklier is een vlindervormig orgaantje gelegen onderaan de hals. De schildklier wordt ook wel de motor van het menselijk lichaam genoemd. Het maakt schildklierhormonen T4 (93%) en T3 (7%) aan, waarbij T4 weinig actief is en T3 het meest actief. Deze hormonen worden deels opgeslagen in de schildklier als voorraad en deels afgegeven aan het bloed, waar zij gebonden aan transporteiwitten vervoerd worden naar de organen en weefsels die dit nodig hebben.
Schildklierhormoon is bij ongelooflijk veel processen betrokken, zoals de spijsvertering, vetverbranding, groei, regulering van lichaamstemperatuur en bij de energieproductie. Al deze processen zijn afhankelijk van precies juiste hoeveelheid actief schildklierhormoon (T3).
Vóór gebruik moet T4 dus omgezet worden in de meer actieve vorm T3. Dit gebeurt vooral in de lever, de spieren en de hersenen. Na deze omzetting kan T3 via speciale deurtjes voor T3, genaamd T3-receptoren, de cel binnengaan om processen op te starten.
Bij een trage schildklier is er sprake van een tekort aan schildklierhormoon, waardoor processen spaak lopen en er klachten ontstaan. Veel voorkomende klachten zijn intense vermoeidheid, kouwelijkheid, vergeetachtigheid en moeite met concentreren, haaruitval, gewichtsproblemen, vocht vasthouden, en pijn in spieren en gewrichten.
hypothyreoïdie
Hoe vaak komt het voor?
Wereldwijd is jodiumtekort de meest voorkomende oorzaak van een trage schildklier. De ziekte van Hashimoto blijft echter de meest voorkomende oorzaak van hypothyreoïdie in gebieden waar jodium voldoende beschikbaar is, zoals hier in de Westerse wereld. In deze landen is Hashimoto in 90-95% van de gevallen de oorzaak van een traag werkende schildklier.
Om te kunnen zeggen wat de prevalentie van de ziekte van Hashimoto in Nederland is, zijn we aangewezen op schattingen van het aantal mensen met hypothyreoïdie in verschillende Europese landen. Deze liggen tussen de 0,2 en 5,3%. Nemen we hiervan het gemiddelde, dan zou dit voor Nederland ongeveer neerkomen op ruim 430.000 mensen, waarbij het voor ongeveer 400.000 mensen om de ziekte van Hashimoto gaat. Deze cijfers liggen ook in lijn met het aantal patiënten dat in Nederland levothyroxine slikt. Hierbij zijn nog niet meegerekend de mensen die wel klachten hebben, maar bij wie de diagnose hypothyreoïdie nog niet is vastgesteld. De werkelijke prevalentie zou weleens rond de 5% kunnen liggen. [1][2]
Jaarlijks komen er veel nieuwe Hashimoto patiënten bij. Deze jaarlijkse incidentie van Hashimoto wereldwijd wordt geschat op 0,3-1,5 gevallen per 1000 personen. Dat zou betekenen dat er in Nederland jaarlijks tot 26.000 nieuwe Hashimoto patiënten bijkomen. Waarvan 10 tot 15 keer vaker bij vrouwen dan bij mannen. Bij vrouwen openbaart Hashimoto zich vooral in de leeftijdscategorie 30 – 50 jaar. Bij mannen ligt dit ongeveer 15 jaar later, namelijk tussen de 45 en 65 jaar. Bij zowel mannen als vrouwen neemt de kans op Hashimoto met het vorderen van de leeftijd verder toe.[3]
[1] Garmendia Madariaga A, Santos Palacios S, Guillén-Grima F, Galofré JC. The incidence and prevalence of thyroid dysfunction in Europe: a meta-analysis. J Clin Endocrinol Metab. 2014 Mar;99(3):923-31. doi: 10.1210/jc.2013-2409. Epub 2014 Jan 1. PMID: 24423323.
[2] Ulrike Gottwald-Hostalek & Barbara Schulte (2022) Low awareness and under-diagnosis of hypothyroidism, Current Medical Research and Opinion, 38:1, 59-64, DOI: 10.1080/03007995.2021.1997258
[3] Bron: https://emedicine.medscape.com/article/120937-overview#a5 – updated feb 2022
Diagnose
Hypothyreoïdie
De diagnose trage schildklier wordt meestal door de huisarts gesteld. Op basis van het klachtenpatroon zal de huisarts in een vraaggesprek de oorzaak van de klachten proberen te achterhalen (anamnese). Bij vermoeden van een trage schildklier zal de huisarts vervolgens de schildklier met de handen proberen te bevoelen (palpatie). Hiermee bepaalt de arts of de schildklier vergroot is en/of pijn doet. Daarna volgt een bloedonderzoek, waarmee het vermoeden van een trage schildklier kan worden bevestigd of uitgesloten.
Op aansturing van de hersenen produceert de schildklier zijn hormonen. De hypofyse — een gebiedje in de hersenen — stuurt hiertoe TSH (Thyroid Stimulating Hormone of schildklier stimulerend hormoon) naar de schildklier. De huisarts controleert daarom allereerst de hoeveelheid TSH in het bloed. Wanneer deze afwijkt, dan zal automatisch ook de vrije T4 worden bepaald.
De hoeveelheid schildklierhormoon in het bloed blijft idealiter binnen bepaalde grenzen. TSH stijgt daarom zodra de hoeveelheid schildklierhormoon in het bloed afneemt. De hypofyse zwengelt daarmee als het ware de schildklier aan. Wanneer de schildklier voldoende hormoon heeft geproduceerd en de bloedwaarden schildklierhormoon zijn voldoende gestegen, zal de aanmaak van TSH weer teruglopen en de waarde TSH daalt dan ook. TSH is daarom een goede graadmeter voor de activiteit van de schildklier.
Huisartsen diagnosticeren en behandelen volgens de behandelrichtlijn Schildklieraandoeningen van Nederlands Huisartsen Genootschap. Deze kun je hier inzien.
Hierin worden de volgende normwaarden gehanteerd:
- TSH 0,4 – 4,0 mU/l
- FT4 9 – 24 pmol/l
TSH licht verhoogd + FT4 normaal? >> Subklinische hypothyreoïdie
Bloedwaarden kunnen zich nog normaliseren. Er wordt daarom afgewacht en elke drie maanden worden de bloedwaarden opnieuw gecontroleerd. Zodra TSH normaliseert wordt de controle gestaakt.
TSH verhoogd (> 10 mU/l) en FT4 laag? >> (Klinische) hypothyreoïdie
Kans op normalisering is nu minimaal en de tekorten vrije T4 zijn te groot, waardoor aanvullen met schildkliermedicatie wordt opgestart. Het heet nu officieel een trage schildklier, of hypothyreoïdie.
Of de oorzaak hiervan de ziekte van Hashimoto is, heeft geen plaats in deze richtlijn. Met aanvullend bloedonderzoek is dit echter makkelijk te controleren, door te testen op aanwezigheid van de antistoffen tegen de schildklier, genaamd anti-TPO of TPO-ab.
Behandelrichtlijnen
Hypothyreoïdie
Een tekort aan schildklierhormoon wordt aangevuld met behulp van levothyroxine, een synthetische vorm T4. Dit noemt men substitutietherapie.
Substitutietherapie
Substitutietherapie start doorgaans met een lage dosis medicatie, die stapsgewijs wordt opgehoogd net zolang tot je bloedwaarden stabiliseren. Elke zes weken controleert de arts de bloedwaarden en indien nodig wordt de dosis bijgesteld. Dit instellen op de juiste dosis medicatie luistert nauw en kan maanden of zelfs langer duren.
Combinatietherapie
Bij een grote groep patiënten verdwijnen de klachten als zij goed zijn ingesteld op de levothyroxine. Helaas is er ook een groep patiënten die zich niet beter gaat voelen. Ook niet als zij op basis van bloedwaarden optimaal zijn ingesteld. Voor deze groep kan het aanvullend innemen van T3-hormoon (liothyronine) verbetering geven. Dit wordt ook wel combinatietherapie genoemd, waarbij je naast T4 ook een beetje T3 medicatie slikt.
Deze combinatietherapie is niet opgenomen in de NHG Standaard Schildklier- aandoeningen. Het toedienen ervan luistert erg nauw en kan bij sommigen vervelende bijwerkingen kan geven. Het wordt daarom alleen door endocrinologen voorgeschreven die er voldoende ervaring mee hebben. Het staat in de Europese Richtlijn voor Endocrinologen genoemd als proef-optie van drie maanden voor patiënten die ondanks goede bloedwaarden nog restklachten hebben. Sommige patiënten kunnen hier baat bij hebben.
Binnen de reguliere zorg voorzien de Richtlijnen op dit moment nog niet in een aanpak voor leefstijlgeneeskunde bij auto-immuunziekten.
mogelijkheden leefstijlgeneeskunde
Met schildkliermedicatie worden tekorten aan hormoon aangevuld, maar wordt niets gedaan om de aanvallen door het immuunsysteem op de schildklier te stoppen. Ook geeft het slikken van synthetische T4 geen garantie op een soepele omzetting van T4 naar de actieve vorm T3. Hier kunnen voeding en leefstijl mogelijkheden bieden tot het verminderen van klachten. (zie ook Voor Professionals)
Vermindering van restklachten bij de ziekte van Hashimoto, dus na instelling op medicatie, start bij het stellen van de volledige diagnose en een heldere voorlichting naar de patiënt over de eigen opties op gebied van voeding en leefstijl.
Vanwege de langzame ontwikkeling van Hashimoto kan het jaren duren voordat de diagnose trage schildklier wordt gesteld. De diagnose Hashimoto? Zelden. En dat is een gemiste kans voor de patiënt.
Blijf op de hoogte met onze nieuwsbrief
